De taalontwikkeling in de vroege kindertijd heeft invloed op de taalvaardigheid. En een goede taalvaardigheid is de basis voor een succesvolle schoolcarrière. Vroeg signaleren van taalproblemen is daarom belangrijk.
Tekst: Heleen de Bruijn
Taalontwikkeling bij jonge kinderen is het onderwerp van een vraag uit de zogenoemde Kennisrotonde van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO). In deze Kennisrotonde komen vragen uit het onderwijsveld aan bod, die worden beantwoord aan de hand van wetenschappelijk onderzoek.
De exacte vraag luidde: Wat is het effect van vroegtijdige taalsignalering en taalondersteuning bij kinderen tot 6 jaar op hun leer- en schrijfvaardigheid later op de basisschool?
Maurice de Greef ging met deze vraag aan de slag. Hij is leerstoelhouder van de UNESCO Leerstoel Volwasseneducatie aan de Vrije Universiteit van Brussel. Daarnaast houdt hij zich bezig met laaggeletterdheid en taal.
Hij is ook ‘kennismakelaar’ bij de Kennisrotonde. “De Kennisrotonde slaat een brug tussen de onderwijspraktijk en wetenschappelijk onderzoek, dat niet altijd toegankelijk is voor onderwijsprofessionals. Iemand stelt een vraag vanuit zijn of haar eigen onderwijspraktijk en als kennismakelaar probeer ik op basis van literatuuronderzoek zo’n vraag te beantwoorden.”
Volgens De Greef zijn taalproblemen heel divers. “De ontwikkeling van taalvaardigheid bij kinderen heeft vaak te maken met een combinatie van factoren: bijvoorbeeld een beperking met zicht of gehoor, weinig taalstimulansen thuis en een schoolsysteem dat niet passend is, waardoor niet aan een specifieke behoefte van een kind tegemoet wordt gekomen. Op latere leeftijd kan dat resulteren in laaggeletterdheid. Dat betekent onder meer dat volwassenen taal niet goed kunnen gebruiken in het dagelijks leven, zoals bij eigen financieel beheer of bij een huisarts.”
Taalrijke thuisomgeving
Het verkorte antwoord op de vraag in de kennisrotonde luidt: Ouders kunnen geholpen worden een taalrijke thuisomgeving te creëren. Op tijd spraak- en taalproblemen aanpakken, verbetert de communicatievaardigheden van kinderen. Taalinterventies op jonge leeftijd kunnen daadwerkelijk voor betere taalvaardigheid, zoals lezen, zorgen. De Greef: “Studies tonen aan dat tijdige taalondersteuning goed is voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind. Een kind dat niet taalvaardig is, kan meer op zichzelf zijn en minder contact met zijn leeftijdgenoten hebben. Een van de belangrijkste dingen is dat je school op een prettige manier kunt doorlopen, onder meer door goed contact met anderen. Als kinderen nog heel jong zijn, is een achterstand nog goed in te halen. Ouders kunnen daar veel aan doen, door voor te lezen, meer te praten met hun kind en het kind uit de dagen taal te gebruiken.”
Marleen Weggemans, preventief logopedist bij de GGD, geeft aan dat je taal op jonge leeftijd helemaal niet hoeft te trainen. “Dat gaat vanzelf. Door gewoon met je kind te praten en niet mee te gaan in babytaal, en door dingen met woorden te benoemen.”
Gelijke kansen
Volgens Maurice de Greef biedt taalondersteuning kinderen dezelfde kansen als hun leeftijdgenoten. “Het is belangrijk dat in een schoolperiode niet alle energie naar taal hoeft te gaan, dat is winst voor je schoolperiode. Laaggeletterdheid komt helaas nog veel voor. Er wordt in onze samenleving een groot appel gedaan op mensen, we zijn erg gericht op resultaten. Een toets of diploma nét halen, is al gauw goed genoeg. Maar daardoor krijgen kinderen te weinig ondersteuning.’